VERWARMINGSOPLOSSINGEN SPECIALIST IN PERFORMANTE EN MILIEUVRIENDELIJKE We zijn het er meestal grondig over eens: het is onaanvaardbaar dat een zinkend schip tonnen stookolie in de zee en op het strand laat stromen. Maar zelf stoten we, zonder het te beseffen, elk jaar op ons eentje tonnen CO2 uit in het milieu. Die onzichtbare voetafdruk is misschien wel ongewild, maar daarom niet minder vernielend voor onze planeet. Er bestaan nochtans duurzame groene oplossingen in verwarming en nieuwbouw om de verdere klimaatopwarming tegen te gaan. Een stand van zaken met Patrick O algemeen directeur bij Viessmann België U komt dagelijks in contact met de wereld van het bouwvak en de bouwindustrie. Kunt u in het kort schetsen hoe die er vandaag uitziet? We merken de jongste jaren dat de bebouwde oppervlaktes verkleinen, omdat de bouwkosten stijgen door de strengere eisen van de Gewesten en Europa op het vlak van isolatie, luchtdichtheid, ventilatie en energiezuinigheid. Bovendien is de vastgoeddruk in België zeer sterk, want we zijn met veel voor weinig beschikbare bouwgrond. En met de veranderende gezinssamenstelling evolueren ook de bouwmodellen mee: appartementen zijn – deels om financiële redenen - meer in trek dan alleenstaande huizen, zowel bij jonge koppels als bij ouderen. Verder lijkt het erop dat jongeren steeds vaker bestaande woningen gaan renoveren, onder meer aangemoedigd door de aanzienlijke premies die de Gewesten toekennen om isolatie, daken en glas te financieren. Vanaf 2020 wil de Europese Unie, om haar verbintenissen op het vlak van vermindering van broeikasgassen na te komen, passief- of lage-energiewoningen verplicht maken. Wat zijn daarvan de gevolgen? Het Belgische bouwpatrimonium bleef jarenlang achterop hinken in termen van energieprestatie en zit ook nu nog voor een groot deel in de achterhoede. Momenteel lijkt de trend te keren, want tegen 2050 wil de overheid althans op dat vlak een efficiënt en modern vastgoedpark. Dat zou ze onder meer doen door de bouwfirma’s in 2020 te verplichten om aan « nearly zero energy building » (NZEB) te doen, met andere woorden, gebouwen op te trekken met een bijna-nul-energieverbruik. Een ander middel zou een hogere renovatiegraad zijn: in 2015 zitten we op een percentage van 1,21,3%, terwijl we meer dan het dubbele (3%) zouden moeten halen om tegen 2050 een duurzaam bouwpatrimonium te hebben. Die resultaten zullen we niet van de ene dag op de andere halen: het komt erop aan particulieren goed te informeren over verwarmingsinstallaties, onder meer via het salon Batibouw waarop we elk jaar aanwezig zijn. Daar kunnen bezoekers advies krijgen van vaklui die samen met hen uitzoeken welke verwarmingsoplossing het meest is aangewezen voor hun woning … Wat betreft bestaande gebouwen, hoe kunnen we daarvan de energieprestatie verbeteren? Het Belgische vastgoedpark omvat twee categorieën: gebouwen van voor 1973 – het jaar van de eerste oliecrisis – en van erna. Voor die met bouwjaar voor 1973 wordt het moeilijk om ze op energievlak performant te krijgen. De overheid zal dan ook de mogelijkheid moeten gaan onderzoeken om ze na sloping terug op te bouwen. Gebouwen van latere datum hebben de eerste energiecrises meegemaakt en zijn dus beter geïsoleerd en winddicht gemaakt. Voor die woningen zijn de renovatiekosten al een stuk haalbaarder. Pagina 15

Pagina 17

Voor uitgaven, online edities en publicaties zie het Online Touch content management beheersysteem systeem. Met de mogelijkheid voor een webwinkel in uw brochures.

BOUWEN & VERBOUWEN Lees publicatie 10022Home


You need flash player to view this online publication